Doutzen Kroes

In Amsterdam woonden wij in de Bosboom Toussaintstraat in Oud-West, de straat die lange tijd als het geboortekanaal van de stad door het leven ging. Moeder der verloskundigen Beatrijs Smulders had hier haar geboorte-imperium gevestigd met een verloskundigenpraktijk, kraamhotel en echocentrum. Dat trok weer kinderwinkels en crèches.  Stoeten Bugaboos, schommelende buiken en jonge gezinnen trokken dagelijks aan ons raam voorbij. Met de dag werd het drukker en op een gegeven moment werd het zo’n gekkenhuis, dat bij café Toussaint schuin tegenover ons huis een maximum aantal buggy’s toegestaan werd van drie. 

Natuurlijk kon ik niet achterblijven in al dit geboortegeweld en snel nadat wij terug waren van onze reis, werd ik zwanger van onze jongste dochter. Uiteraard meldde ik me bij de praktijk van Beatrijs & Co waar ik, als het moest, kruipend naar toe kon. In mijn geval een uitkomst, omdat ik in mijn eerste twee zwangerschappen tot maatje olifant gegroeid was. Op het dieptepunt liet ik me toen in een TukTuk door de stad rijden om onze oudste van de kinderopvang te halen. 

Het viel meteen op dat sinds de zwangerschap van onze zoon, drie jaar daarvoor, veel BN-ers de controles van het nieuwe leven in hun buik toevertrouwden aan de zorg van Beatrijs.  En zo gebeurde het dat ik een paar keer naast topmodel Doutzen Kroes kwam te zitten in de wachtkamer. Ze had haar woonplaats New York tijdelijk verruild voor Amsterdam, om Beatrijs natuurlijk, en zou een maand na mij bevallen. Als zij de praktijk in liep, viel het du moment  stil en waren alle ogen op haar gericht. Doutzen had een tennisbal onder haar trui en kon zelfs hoogzwanger in bikini de catwalk op. Maar vooral bracht ze dat mondaine gevoel met zich mee. Hier op deze plek lag de wereld aan je voeten, ook mét baby kon je alle kanten op, zo leek haar aanwezigheid te vertellen. Of dat nu New York of De Lutte was.  Zolang zij in de ruimte was, hield iedereen haar adem in. De sfeer werd weer een beetje ontspannen op het moment dat zij door de verloskundige werd geroepen en wegliep.

Kind op de wereld gezet, Doutzen terug naar New York, ik naar De Lutte.  Al snel na onze verhuizing moest ik voor het eerst naar het consultatiebureau met onze baby. Ik was aan het werk in het hotel en met veel haast had ik ons kleine meisje onder de armen van onze gastouder mee gegrist. Het adres bleek niet te bestaan in het navigatiesysteem van onze auto en ik vertrok op goed geluk, ‘want hoe groot kan De Lutte nou helemaal zijn? ‘ dacht ik. In de stille hoop dat ik deze keer niet in de file achter paard en wagen terecht zou komen, reed ik met de snelheid van een Ferrari naar mijn nieuwe woonplaats.  Na zo’n 10 keer een ritje langs de kerk, de Hellehond en de Spar zag ik in de verte op een parkeerplaats een bus met getekende kinderen erop. Ik besloot het erop te gokken en het was raak. Geen imperium, geen terrasjes en geen Doutzen. In De Lutte lag alleen de Dinkel aan je voeten met de consultatiebus, die naar ieder kerkdorp in de omgeving reed om er dienst te doen. ‘Hier bloas wie nig zo hooge van de toorn’  hoorde je de Tukker bijna stelling nemen met dit tafereel. 

Op mijn hotelhakken rende ik veel te laat met ons meisje onder mijn arm de bus in.  Drie andere moeders, die in de krappe bus keurig op een rijtje gezellig kakelend met hun kind op schoot zaten, keken eerst mij aan en daarna elkaar met vragende ogen: ‘Van welke planeet is zij zojuist komen vallen?’  Het duurde een paar ogenblikken voordat het gebabbel weer op gang kwam. Voor heel, heel even (wees gerust op deze ene vergelijking ooit) voelde ik me een beetje Doutzen Kroes. Toch de eerste mooie verrassing die Twente voor mij in petto had. En zeker niet de laatste.

Plaats als eerste een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *